Een ondergeschoven kindje

Pieter Vos 3.pngmei

Op een rustige herfstdag in oktober, ontmoet ik prof. dr. Pieter Vos aan de Protestantse Theologische Universiteit (PThU), locatie Amsterdam. Professor Vos is universitair hoofddocent ethiek en bekleedt de bijzondere leerstoel ‘Protestantse Geestelijke Verzorging bij de Krijgsmacht'. We spraken over de inhoud en invulling van deze leerstoel. “Ik wil graag bijdragen aan de morele vorming van militairen, de maatschappelijke betrokkenheid bij hun werk vergroten en het vraagstuk van oorlog en vrede meer op de kerkelijke agenda zetten. Het is nu een ondergeschoven kindje”, aldus Vos.

Pieter Vos is 52 jaar oud, is opgegroeid in Terneuzen, Zeeuws-Vlaanderen. Hij woont inmiddels al jaren in Zwolle. De sfeer is heel informeel en professor Vos vraagt me dan ook hem te tutoyeren.

“Toen ik 18 jaar oud was, ben ik in Kampen theologie gaan studeren. Dat was toentertijd een hele onderneming vanuit Zeeland! Er waren in Kampen twee theologische universiteiten: de Vrijgemaakte universiteit en de voorloper van de huidige PThU; ik heb aan beide gestudeerd”, vertelt Pieter.

In 2002 promoveert Pieter cum Laude met zijn proefschrift “ De troost van het ogenblik. Kierkegaard over God en het lijden”.  Kierkegaard was een 19e-eeuws Deens filosoof, protestants theoloog en cultuurcriticus.1) Na zijn promotie, belandt Vos in het Hoger Beroepsonderwijs en wordt lector op het gebied van morele vorming. “Het lectoraat houdt zich bezig met praktijkgericht onderzoek en is bedoeld om de onderzoeks-kant van het HBO te versterken”, verduidelijkt Pieter. “Ik heb daarmee een bijdrage mogen leveren aan de morele vorming van jongeren”.  In 2010 wordt hij docent ethiek aan de PThU, eerst in Kampen en later in Amsterdam.

1) Kierkegaard benadrukt in zijn filosofisch werk het belang van persoonlijke keuzes en betrokkenheid en wordt vaak gezien als de grondlegger van de theïstische existentiefilosofie, een 20e-eeuwse filosofische en literaire stroming die individuele vrijheid, verantwoordelijkheid en subjectiviteit vooropstelt. Het existentialisme beschouwt iedere persoon als een uniek wezen, verantwoordelijk voor eigen daden en eigen lot.

Pieter Vos 6In 2011 raakt Vos als ethicus betrokken bij het werk van de Geestelijke Verzorging van de Krijgsmacht. Hij verzorgt een lezing op een symposium over de morele vorming van militairen vanuit de Protestantse Geestelijke verzorging. Voortvloeiend uit het symposium, verschenen er een aantal bundels  met artikelen van zijn hand over dit thema. E.e.a. versterkt de verbinding tussen de Protestantse Geestelijke verzorging en de universiteit en het resulteert in een convenant tussen beide partijen. “De PThU leidt ook predikant-geestelijk verzorgers op waarbij de PThU de kwaliteit borgt van de opleiding tot geestelijk verzorger bij de Krijgsmacht. Er is specifieke aandacht voor het Defensie-domein, bijvoorbeeld door de cursus krijgsmacht-ethiek. Ook kan er stage gelopen worden bij Defensie en worden er regelmatig geestelijk verzorgers van Defensie uitgenodigd als gastspreker-of docent”, legt Pieter uit.

Pieter heeft zijn interesse voor de Krijgsmacht van huis uit meegekregen. Zijn vader was pelotonscommandant bij de Natres, het korps Nationale Reserve. “Ik heb het altijd een interessante wereld gevonden en het kwam regelmatig ter sprake bij familiebijeenkomsten. Mijn vader was een enthousiaste ‘Natres-er’!”, aldus Vos.

Pieter Vos 1Vanuit de samenwerking tussen PThU en GV kwam de wens voor een bijzondere leerstoel. In 2018 kwam daar een vacature voor waar Pieter Vos op gesolliciteerd heeft. Het moderamen van de generale synode van de Protestantse kerk heeft ingestemd met de benoeming van Pieter per 1 januari 2019 voor 1 dag in de week tot Bijzonder hoogleraar Protestantse Geestelijke Verzorging bij de krijgsmacht. Bij zijn aanstelling koos Pieter ‘Moral Injury’ (ofwel ‘Moreel trauma’) als thema van zijn inaugurele oratie.

Moral injury heeft te maken met schuldgevoelens over wat je hebt gedaan of wat je eigenlijk had willen doen maar wat je niet hebt kunnen doen. Het is een verwonding in je morele oriëntatie, je morele kompas waarop je baseert dat iets goed of niet goed is. En dat kompas is bij moral injury ontregeld. Dat kan gebeuren doordat je dingen hebt gedaan waarvan je je achteraf afvraagt of je dat wel kunt verenigen met je overtuigingen of je bent ergens getuige van geweest en je voelt je verantwoordelijk hoewel je er misschien niets aan kon doen. Het gaat gepaard met gevoelens van schuld en schaamte en ook boosheid, op de mensen die het hebben gedaan of op de leiding of de politiek. Er zijn overlappende verschijnselen met een Post Traumatisch Stressstoornis maar bij PTSS staat vooral de bedreigende gebeurtenis centraal en gevoelens van angst zijn overheersend. PTSS wordt vaak medisch benaderd met de bedoeling om over je angsten heen te komen. Bij moral injury gaat het meer over morele vragen en de gevoelens zijn reëel want er zijn daadwerkelijk morele grenzen overschreden. 

Er zijn 3 kerntaken te benoemen waar Pieter zich als hoogleraar mee bezighoudt:

  • Het verrichten van onderzoek op het domein van de Protestantse Geestelijke Verzorging. Dit onderzoek is bedoeld om de wetenschappelijke onderbouwing te versterken en tevens de kennisbasis van de Geestelijke Verzorging bij de Krijgsmacht te versterken en te verbreden. Daarbij zijn de theologische en ethische perspectieven van groot belang.
  • Een bijdrage leveren aan onderwijs.  Het versterken van de interesse voor het werk van de geestelijk verzorger en het geven van colleges over dit mooie werk. Ook na de opleiding tot predikant/geestelijk verzorger, een bijdrage leveren aan de  professionalisering van de geestelijk verzorgers. Dat kan zijn door een bijdrage te leveren aan PGV-dagen of door beginnende GV-ers te ondersteunen met de module morele vorming en ethiek.
  • En als derde taak de zogenaamde valorisatie:  Zorgen dat de kennis die wordt opgedaan, beschikbaar gesteld wordt aan een breed publiek. Dat kan bijvoorbeeld met een opiniebijdrage in de krant of door deel te nemen aan debatten.

Pieter Vos houdt zich bezig met morele en existentiële vragen van militairen, veteranen en overig personeel van Defensie en de wijze waarop de Geestelijke Verzorging daarin kan begeleiden. “Ik wil graag een actieve bijdrage leveren aan de morele vorming van militairen. Zo kunnen we er met elkaar naar streven dat zij weerbaar zijn met een sterk ontwikkeld moreel kompas. En dat vergt inzicht”, aldus Vos. “We zijn geneigd om te zeggen dat ethiek vooral subjectief is en dat er veel verschillende opvattingen zijn. Toch heb ik het diepste vertrouwen, dat er in elk mens een moreel kompas schuilt dat is afgestemd op het goede. Daarom is het belangrijk dat je dat aanboort, bovenhaalt en de militairen uitdaagt om te verwoorden waar ze voor staan. Vanuit gelovig perspectief komt het besef van goed en kwaad van God. Dat wordt verstoord door het kwaad in de wereld maar het goede gaat daarboven uit. Het goede is ook meer dan wat wij persoonlijk toevallig als goed zien. Het ontmenselijken van mensen of het doden van onschuldige burgers is ‘objectief’ verkeerd. Omdat militairen grote verantwoordelijkheid dragen in moeilijke omstandigheden, is het belangrijk dat ze zich hiervan bewust zijn, kennis hebben van ethische principes en ook als persoon een ‘goed mens’ zijn”.

Prof. Dr. Pieter Vos is voor 5 jaar aangesteld als hoogleraar  voor de bijzondere leerstoel ‘Protestantse Geestelijke Verzorging bij de Krijgsmacht'. Deze leerstoel wordt momenteel bekostigd vanuit Stichting Christelijke Hulpverlening Militairen (SCHM). Onlangs is de leerstoel geëvalueerd en alle betrokkenen (de PThU, de Geestelijke Verzorging van Defensie, de SCHM en niet te vergeten Pieter Vos zelf), zijn zeer tevreden en hebben de intentie uitgesproken om de leerstoel te continueren. Vanaf 2024 zal stichting Hulp voor Helden de leerstoel mede-financieren vanuit haar eigen Diaconaal Fonds Militairen, tezamen met de SCHM.

Ook de bredere thematiek van oorlog en vrede wil Pieter graag op de (kerkelijke)agenda zetten. Het is een enorm complex thema. Militairen zijn vooral getraind om in gevechtssituaties te handelen maar ze moeten ook hulp verlenen en deze taken kunnen conflicteren. Zij komen soms voor verscheurende dilemma’s te staan waarbij het ook nog wel eens gebeurt dat het verhaal van de politiek niet altijd strookt met de werkelijkheid in het uitzendgebied. “Uit wetenschappelijk onderzoek weten we dat er vaak een discrepantie is tussen de besluitvorming, beeldvorming en de werkelijkheid. De militairen ter plekke moeten er dan vervolgens uit zien te komen”, vertelt Pieter, “en daarvoor hebben ze een goed gevormd moreel kompas nodig”.

Vragen van oorlog en vrede werden in de jaren ’80 in een breed maatschappelijk debat besproken maar de afgelopen decennia was het thema een ‘ver-van-ons-bed-show’. Met de oorlog in Oekraïne is het voor militairen, en ook maatschappelijk, weer springlevend. Daarbij is het denken over een ‘rechtvaardige oorlog’ belangrijk. Wanneer je kunt rechtvaardigen dat je ergens bent en (zo nodig) met militaire middelen ingrijpt, help je militairen om moreel sterk te staan en overeind te blijven.

“Soms moeten officieren ethische vragen beantwoorden, bijvoorbeeld over de inzet van wapens. En ook vanuit Christelijk perspectief is inzet van wapens soms toch mogelijk. In principe zegt een christelijke opvatting altijd ‘nee’ tegen een oorlog, ‘tenzij’. Inzet van geweld is soms te rechtvaardigen om erger te voorkomen, een agressor te bestrijden en burgers te beschermen. Daarbij moeten we wel altijd de vijand als mens blijven zien”, aldus Vos.

Er is regelmatig overleg tussen Pieter en de hoofdkrijgsmachtpredikant, ds. Gert van de Ende. “Het is fijn om met de concrete beroepsgroep te spreken en hen van adviezen te kunnen voorzien vanuit mijn helicopterview en vanuit wederzijdse waardering”, zegt Pieter. “Het boek dat in het voorjaar van 2023 uitkomt onder redactie van Fred van Iersel en mijzelf, over de morele vorming van militairen en de bijdrage van de Geestelijke Verzorging van de Krijgsmacht, is tevens een mooie opbrengst van deze leerstoel”.

Op de vraag wanneer Pieter zijn doel behaald heeft geeft hij aan dat hij als wetenschapper nooit ‘klaar’ is. “Mijn doel is om het vraagstuk van oorlog en vrede vaker op de kerkelijke agenda te krijgen.  Ook het belang vanMorele_vorming_van_militairen_720-680x1020 een goede morele vorming van militairen en het vergroten van het besef omtrent de morele vragen en dilemma’s van militairen, zijn onderwerpen die ik weer voluit onder de aandacht wil brengen in de maatschappij en de kerk. Daarbij wil ik ook indirect bijdragen aan het respect voor militairen en de betrokkenheid van de maatschappij bij de militairen vergroten. Want deze thema’s zijn binnen de theologie en de maatschappij, een ondergeschoven kindje”, besluit prof. dr. Pieter Vos.

Het boek ‘Morele vorming van Militairen’ is tevens een mooie opbrengst van deze leerstoel. Voor meer informatie over dit boek, kijkt u op www.eburon.nl/product/morele-vorming-van-militairen

« Terug

Sluiten